GD: bron- en slootwater kunnen risico zijn voor paarden

De Universiteit Utrecht meldde deze week dat vier paarden zijn gestorven aan chronische ijzervergiftiging door het drinken van slootwater met sterk verhoogde ijzergehaltes. De Gezondheidsdienst van Dieren (GD) krijgt momenteel veel vragen over ijzervergiftiging bij paarden. Bronwater en slootwater kunnen volgens de GD een groot risico zijn voor paarden.
Hoewel paarden heel efficiënt ijzer opnemen uit hun voedsel en water, heeft dat ook een keerzijde. Paarden kunnen hierdoor te veel ijzer opnemen en een ijzervergiftiging krijgen. Vooral water is hiervoor een risicofactor, onder bepaalde omstandigheden, aldus de GD.
Leidingwater bevat minder dan 0,20 milligram ijzer per liter: dat is goed voor een paard. Water uit een eigen bron kan veel meer ijzer bevatten. Als dat water niet wordt ontijzerd, is dat een groot risico voor paarden.
Ook slootwater kan veel ijzer bevatten. Normaal slaat het ijzer, onder invloed van zuurstof, neer als een oranjerode neerslag op de bodem van de sloot. Maar water afkomstig uit veengronden bevat ijzer dat gebonden is aan humuszuren. Omdat dit niet neerslaat nemen paarden het ijzer in de darmen op. Hierdoor kan er veel ijzer in de organen terechtkomen. In de lever levert dat grote problemen op, het paard kan sterven aan ijzervergiftiging. In de laatste vijf jaar constateerde GD in vijftien gevallen ijzervergiftiging bij paarden.
Of het water te veel ijzer bevat voor paarden, kan worden onderzocht door de GD.