Het RIVM en het Centrum Monitoring Vectoren (CMV) van de NVWA onderzoeken dit jaar nog samen met de faculteit Diergeneeskunde of, net als in Duitsland, de Hyalomma-teek (in de volksmond wel reuzenteek genoemd) op paarden van Nederlandse maneges wordt aangetroffen. Dat meldt minister Bruins van Volksgezondheid.
Volgens Bruins is Nederland niet erg geschikt is voor de vestiging van de Hyalomma-teek. Maar dat dat in Duitsland in 2018 en 2019 toch ten minste tijdelijk lijkt te zijn gebeurd, is reden voor verder verdiepend onderzoek bij Nederlandse maneges, aldus de minister in een brief aan de Tweede Kamer.
Dierenartsen krijgen informatie over de Hyalomma-teek. Zij worden gevraagd om bij verdenking van het aantreffen van een Hyalomma-teek op runderen of paarden contact te zoeken met experts van het RIVM of het CMV.
Vijf teken gerapporteerd
Onder gunstige weersomstandigheden kunnen de Hyalomma-larven en -nimfen van trekvogels vervellen tot volwassen teken. Vorig jaar was een uitzonderlijk warm jaar en werden in Duitsland 35 volwassen Hyalomma-teken gerapporteerd op paarden. Dit jaar zijn er tot nu toe vijf volwassen Hyalomma-teken gerapporteerd aan het RIVM uit de Achterhoek, Drenthe en de Flevopolder.
Bij onderzoek is bij een van de vijf volwassen Hyalomma-teken de bacterie Rickettsia aeschlimannii aangetroffen die vlekkenkoorts kan veroorzaken bij mensen.
Krim-congo-virus niet in Nederland
De Hyalomma-teek kan ook het krim-congovirus (Crimean Congo Hemorragic Fever, CCHF) overdragen in gebieden waar dit virus endemisch voorkomt, zoals in Azië, Afrika en Zuid-Europa (Griekenland, Spanje, Turkije en de Balkan), van mens op mens en van dier op dier. In deze regio’s worden mensen sporadisch besmet met CCHF via de beet van een Hyalomma-teek of door het fijnknijpen bij het verwijderen van deze teek bij landbouwhuisdieren. In 2016 waren er zes humane gevallen van CCHF in Europa (Bulgarije en Spanje) en in 2017 waren dat er twee (in Bulgarije).
Het huidige risico op een besmetting met CCHF in Nederland wordt door experts als verwaarloosbaar ingeschat voor zowel mens als dier, want er zijn op dit moment geen aanwijzingen dat het virus in Nederland voorkomt. Ingestuurde Hyalomma-teken worden door het RIVM getest op aanwezigheid van CCHF.
Foto: RIVM