In de afgelopen weken waren er steeds meer signalen dat hoogpathogene aviaire influenza (HPAI) rondgaat onder wilde vogels in Nederland. Ook raakte een pluimveebedrijf besmet. Van verhoogde vogelsterfte lijkt weinig sprake te zijn, maar het is zaak om de situatie nauwlettend te volgen. Vogelkenniscentrum Sovon geeft een update.
In totaal werden in oktober en november via de invoerportalen van het Dutch Wildlife Health Centre (DWHC) en Sovon 460 dode watervogels gemeld, waaronder 89 Smienten, 67 Zilvermeeuwen, 63 Houtsnippen, 42 Bergeenden, 34 Kokmeeuwen, 32 Wintertalingen en 25 Brandganzen. Het betekende een toename van het aantal meldingen ten opzichte van de voorgaande maanden, maar vergeleken met dezelfde periode in 2021, 2022 en 2023 was het vrij rustig. Toen werden respectievelijk 908, 697 en 877 dode watervogels gemeld.
Op 18 november kwam het nieuws dat in Putten HPAI was vastgesteld op een biologisch leghennenbedrijf. Om verspreiding van het virus te voorkomen, werden de circa 23.000 kippen op de locatie geruimd. Het was de eerste uitbraak op een pluimveebedrijf in Nederland sinds december 2023. Ongeveer gelijktijdig was er ook een uitbraak op een bedrijf net over de grens bij Kleve in Duitsland. Onder andere naar aanleiding hiervan heeft de minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur op 20 november besloten om een landelijke ophok- en afschermplicht voor commercieel gehouden vogels in te stellen. Tot slot werden op 23 en 28 november zieke Brandganzen gevonden bij respectievelijk Stedum, Groningen, en Marrum, Friesland, die vervolgens positief getest werden op HPAI.
Ook op andere plekken in Europa werd een toenemend aantal gevallen van HPAI vastgesteld onder zowel gehouden als wilde vogels. In oktober en november ging het om circa 200 gevallen op locaties met gehouden vogels en circa 260 bij wilde vogels. Vooral uit Polen, Duitsland en Italië kwamen veel meldingen.
Dat Nederland momenteel rood kleurt in de Bird Flu Radar is op basis van deze gebeurtenissen niet vreemd, zo meldt Sovon. De Nederlandse wateren en moerassen trekken jaarlijks grote aantallen watervogels aan. Ze liggen strategisch langs belangrijke trekroutes en gewoonlijk net ten zuidwesten van de vorstgrens in januari. Hoewel de najaarstrek inmiddels achter ons ligt, kunnen verplaatsingen van vogels ook gedurende de winter optreden in reactie op eventueel winterweer (‘vorsttrek’). Sovon meldt dat alertheid in het veld de komende maanden dus van groot belang blijft.