Het ministerie van LNV heeft een tijdelijke regeling bedacht voor het stellen van maxima aan het ruw eiwitgehalte in aangekocht krachtvoer voor melkvee. Veehouders die door de regeling tot een te schraal rantsoen komen, dat de gezondheid van de dieren kan schaden, mogen alsnog krachtvoer met een hoger ruw eiwitgehalte voeren.
De regeling, waarin normen staan voor maximale gehaltes ruw eiwit in krachtvoer, moet helpen bij het terugdringen van de stikstofuitstoot vanuit de melkveehouderij en stikstofruimte creëren voor (woning)bouwprojecten, zo meldt LNV, dat de regeling per 1 september wil laten ingaan. De regeling stopt alweer per 1 januari 2021; voor de periode daarna wil LNV afspraken maken met de sector over voermanagementmaatregelen voor een lagere stikstofemissie.
Diergezondheid
Volgens LNV kan een melkkoe volstaan met 155 gram eiwit per kilogram droge stof in het totaalrantsoen zonder gevolgen voor de diergezondheid en productie, terwijl het huidige niveau landelijk gezien ligt op ongeveer 165 gram. Toch kunnen op sommige bedrijven diergezondheidsproblemen ontstaan als daar het ruw eiwit-niveau beneden de 155 gram komt. Dat kan zich voordoen op bijvoorbeeld bedrijven met een zeer groot aandeel mais in het rantsoen. Dan mag krachtvoer worden gebruikt met een zodanig hoog ruw eiwit-gehalte dat het totale rantsoen alsnog op 155 uitkomt. LNV verwacht dat ‘hooguit enkele honderden’ bedrijven in aanmerking zullen komen voor deze ‘uitzondering’.
Lees ook: Minder eiwit voeren: effect op diergezondheid?
