In september 2023 werd voor het eerst blauwtong serotype 3 (BTV-3) vastgesteld in Nederland. De gevolgen voor met name de schapenhouderij, maar ook de rundveehouderij waren enorm. Om meer inzicht te krijgen in de mate van verspreiding van het virus in Nederland, zowel op regionaal niveau als op bedrijfsniveau, start Royal GD in opdracht van LNV en de sectorpartijen een onderzoek. Het doel is het percentage runderen en schapen dat antistoffen heeft vast te stellen. Dit is belangrijk omdat dieren die antistoffen hebben mogelijk beschermd zijn tegen een nieuwe uitbraak met BTV-3.
De periode waarin het onderzoek wordt gestart (begin 2024) is geschikt omdat er in de wintermaanden over het algemeen weinig activiteit van knutten is. Er zijn in 2024 nog geen nieuwe besmettingen vastgesteld. Als de temperatuur weer oploopt kunnen we nieuwe besmettingen verwachten. De sectoren hopen dat er tijdig een vaccin beschikbaar is en werken aan een vaccinatiestrategie. Farmaceuten werken op dit moment aan de ontwikkeling en productie van vaccins. Meer inzicht in het percentage runderen en schapen dat antistoffen tegen BTV-3 heeft, kan bijdragen aan het optimaal inzetten van vaccins, wanneer die nog niet onbeperkt op de markt zijn.
Voor het onderzoek bij runderen op melkveebedrijven wordt op basis van tankmelkmonsters van alle bedrijven in Nederland een schatting gemaakt van het percentage melkkoeien met antistoffen tegen BTV-3. GD maakt hiervoor gebruik van bestaande monsterstromen. Voor het onderzoek worden alle gegevens anoniem verwerkt. De resultaten zijn niet te herleiden naar individuele bedrijven. Melkveehouders worden persoonlijk geïnformeerd over het onderzoek en krijgen de keuze om de uitslag van hun eigen bedrijf te ontvangen.
Voor het onderzoek bij schapen wordt bloedonderzoek uitgevoerd op reeds ingestuurde monsters voor zwoegerziekte-onderzoek en/of de monitoring op Brucella melitensis. Voor dit onderzoek is Nederland verdeeld in twintig regio’s. GD zoekt in elke regio 25 schapenhouders die deel willen nemen. De schapenhouders worden persoonlijk geïnformeerd en krijgen de keuze om de uitslag van hun eigen bedrijf te ontvangen.
Naast het tankmelk- en bloedonderzoek is een vragenlijst over maatregelen die veehouders vorig jaar tegen blauwtong hebben ondernomen een belangrijk onderdeel van dit onderzoek. Alle melkveehouders en geselecteerde schapenhouders ontvangen een persoonlijk bericht met een link naar de vragenlijst. Door de vragenlijst volledig in te vullen leveren de deelnemers een belangrijke bijdrage aan het onderzoek. Voor het onderzoek worden alle gegevens anoniem verwerkt, de resultaten zijn niet te herleiden naar individuele bedrijven.
Met de resultaten van dit onderzoek kan er een inschatting gemaakt worden van het percentage bedrijven en het percentage melkkoeien en schapen met antistoffen tegen BTV-3 in hun eigen regio. Daarnaast levert dit onderzoek informatie op over mogelijke beschermende maatregelen en het effect hiervan.