Afrikaanse paardenpest (APP of AHS, als afkorting van het Engelse African horse sickness) is een virusziekte bij paarden en paardachtigen (ezels, zebra’s en muildieren). In uitzonderlijke gevallen kunnen ook olifanten en kamelen besmet raken. Mensen zijn niet gevoelig voor Afrikaanse paardenpest.
Afrikaanse paardenpest is een aangifteplichtige en bestrijdingsplichtige ziekte. Zodra de eigenaar of de dierenarts verschijnselen van Afrikaanse paardenpest constateert, moet dit worden gemeld bij het meldpunt voor aangifteplichtige dierziekten van de NVWA.
Nederland is vrij van Afrikaanse paardenpest. Zoals de naam al aangeeft komt de ziekte voornamelijk in (zuidelijk) Afrika voor. De ziekte kan in Europa terechtkomen door bijvoorbeeld import van een besmet, maar nog niet ziek dier.
Oorzaak
Het Afrikaanse paardenpestvirus behoort, net zoals het blauwtongvirus, tot het geslacht Orbivirus uit de familie van de Reoviridae. De groep van Afrikaanse paardenpestvirus bestaat negen serotypen.
Besmetting met Afrikaanse paardenpest kan niet plaatsvinden via direct contact tussen besmette dieren en vatbare dieren, maar geschiedt door overbrenging van besmet bloed via knutten, heel kleine steekvliegjes. Culicoides imicola is de belangrijkste knut voor verspreiding van Afrikaanse paardenpest, maar vrijwel zeker kunnen andere knuttensoorten, zoals C. Obsoletus (Europa) en C. Sonorensis (Amerika), dienen als biologische vector voor de ziekte.
Knutten zijn ook verantwoordelijk voor staart- en maneneczeem (dit is overigens een overgevoeligheid van het paard of de pony voor de beet van de knut en geen virusziekte) en voor blauwtong.
Het opwarmen van de aarde kan als gevolg hebben dat het potentiële verspreidingsgebied voor knuttensoorten verandert en daardoor ook dat van Afrikaanse paardenpest. De kans op uitbraken van Afrikaanse paardenpest zou hierdoor dus ook groter kunnen worden.
Ziekteverschijnselen
Er zijn vier verschillende vormen van Afrikaanse paardenpest met ieder hun eigen ziektebeeld:
- De longvorm: Hierbij worden de paarden zeer benauwd en hebben hoge koorts. Deze vorm heeft een zeer hoog sterftepercentage van wel 95 procent en een heel snel verloop. Vaak worden deze dieren dood gevonden met schuim uit de neus (deze vorm wordt ook wel dunkopziekte genoemd).
- De hartvorm: Deze paarden krijgen een dik hoofd met gezwollen oogleden en koorts. Ongeveer de helft van de dieren die deze vorm krijgt sterft binnen enkele dagen. Deze vorm wordt ook wel dikkopziekte genoemd.
- De gemengde vorm is een mengbeeld van de twee bovenstaande vormen.
- De koortsvorm kan ongemerkt voorbijgaan.
Paarden zijn het meest gevoelig voor het virus: zo’n 70 tot 95 procent van de besmette paarden wordt ziek en de ziekte resulteert in een zeer hoge sterfte. Ezels en zebra’s zijn veel minder gevoelig (slechts 10 procent van de dieren wordt ziek), maar vaak verloopt de infectie subklinisch (nauwelijks symptomen waarneembaar). De gevoeligheid van muilezels ligt tussen die tussen van paarden en ezels in (ongeveer 50 procent).
Diagnose, behandeling en preventie
Bij een verdacht (sterfte)geval zal de dierenarts onmiddellijk de verdenking moeten melden en zal, door middel van postmortaal onderzoek in het Centraal Veterinair Instituut (CVI) in Lelystad, de diagnose moeten worden bevestigd.
Bij een positief geval zullen er waarschijnlijk meer gevallen volgen en zullen er zeer snel ingrijpende maatregelen getroffen moeten worden om verdere uitbreiding te voorkomen. Zo zal een nieuw geval moeten worden geïsoleerd in een dichte stal waar geen knutten in kunnen komen, zodat de ziekte niet verder verspreid kan worden.
In het geval van een eventuele uitbraak van de Afrikaanse paardenpest bestaat er vanuit het ministerie een voorlopig draaiboek voor de bestrijding.
Er is geen therapie voor Afrikaanse paardenpest behalve rust, goede verzorging en koortsremmende middelen.
In Zuid-Afrika bestaat een vaccin tegen Afrikaanse paardenpest. Dit vaccin is in Europa echter niet geregistreerd, omdat er ook nadelen aanzitten en het niet volledig veilig is. Het vaccinvirus kan onder bepaalde omstandigheden zelfs terugveranderen in actief virus en daarom is het strikt verboden het vaccin te importeren.
Er wordt onderzoek gedaan naar een vaccin dat wel veilig is.
Voorkomen is beter dan genezen, daarom is het van belang dat als een land vrij is van Afrikaanse paardenpest, alle paardachtigen die geïmporteerd worden in quarantaine gezet worden.
- Afrikaanse paardenpest – CVI
- Afrikaanse paardenpest – Diergeneeskunde.nl
- Vragen en antwoorden Afrikaanse paardenpest – Ministerie van Economische Zaken