Varkens | Veehouder

App

Eenzijdige longontsteking App komt op meer dan 90 procent van de varkensbedrijven voor. Aanzienlijke economische verliezen zijn het gevolg van verhoogde sterfte, groeivertraging en een verhoogd gebruik van antibiotica.

Oorzaak

App is de afkorting van Actinobacillus pleuropneumoniae, de wetenschappelijke naam van de bacterie die de ziekte veroorzaakt.  Er zijn inmiddels zestien verschillende (sero)typen App bekend. In Nederland komen de typen 2 en 9 veelvuldig voor. Ook type 5 zou in ons land een rol kunnen spelen. De infectie kan onder gunstige omstandigheden subklinisch blijven: de varkenshouder ziet dan niets afwijkends aan de dieren of slechts enkele, aspecifieke verschijnselen. Aan de slachtlijn resulteert dit meestal in hoge percentages borstvliesontsteking.
Risicofactoren zijn: het aankopen van varkens van een nieuw bedrijf; slechte bedrijfsvoering: bijvoorbeeld geen of onvoldoende toegepaste all-in-all-outsysteem, het terugleggen van varkens; overbezetting; slechte hygiëne; slechte klimaatbeheersing;  andere ziekten, zoals PRRS, griep en mycoplasma, waardoor de weerstand vermindert en het longweefsel beschadigd raakt en in het varken aanwezige App-bacteriën gemakkelijk kunnen toeslaan.

Verschijnselen

App veroorzaakt borstvliesontsteking, longontsteking en acute sterfte. De ziekte kent drie verschillende vormen: de peracute (een of enkele dieren vertonen zeer acuut ernstige longontsteking), acute (veel dieren zijn tegelijkertijd ziek, met hoge koorts (rond 41 °C), plotselinge en sterke daling van de voeropname en verschijnselen van ademnood) en chronische vorm (deze vorm kan op zich zelf staan, maar kan ook ontstaan na het verdwijnen van de acute vorm. Chronisch hoesten, slechte groei en weinig of geen koorts zijn hiervan belangrijkste kenmerken).

Bestrijding en preventie

Bij de eerste klinische verschijnselen door een (per)acute App-infectie dient snel te worden ingegrepen. Dieren die reeds klinische verschijnselen vertonen, inclusief de hokgenoten, dienen individueel met antibiotica worden behandeld. Afhankelijk van het gebruikte antibiotica dienen de varkens één of meerdere dagen achtereen behandeld te worden. Natuurlijk moeten ook andere varkens behandeld worden, zodra deze klinische verschijnselen vertonen. Direct verstrekken van medicijnen via het drinkwater of voer kan het aanslaan van de bacterie voorkomen bij dieren die nog niet zijn geïnfecteerd of bij dieren die zich in een vroeg stadium van de infectie bevinden.
Preventieve medicaties via drinkwater of voer kan overwogen worden wanneer sprake is van regelmatig optredende chronische infecties. De medicijnen die via het drinkwater gegeven worden, kunnen het best verstrekt worden via een dosator. Varkens met een (per) acute App infectie vreten niet, maar drinken ook niet of (veel) te weinig. Voor deze varkens heeft een medicatie via voer of water weinig zin.
Wanneer ondanks het nemen van preventiemaatregelen, zoals goede stalklimaatbeheersing en het strikt toepassen van all-in-all-out, steeds weer problemen optreden met App, kan vaccinatie worden overwogen. Een tweemalige vaccinatie van de varkens vóór de te verwachten klinische problemen is noodzakelijk. Vaccineren voorkomt het aanslaan van de infectie niet, maar kan een vermindering van klinische symptomen, sterfte en longafwijkingen geven.

U hebt zojuist een Premium artikel gelezen.
Wilt u onbeperkt artikelen lezen op veehouderenveearts.nl, neem dan contact op met uw dierenarts
Meer over:
VarkensVeehouder
Deel dit bericht: Facebook Twitter LinkedIn

Veehouder & Veearts volledige toegang

Nieuwsbrief Wilt u volledige toegang tot de website en het magazine thuis ontvangen? Neem dan contact op met uw dierenarts.